De Nationale Politie: Doorgroeiers in de drugsgerelateerde criminaliteit
Welke jongeren groeien door in de drugsgerelateerde criminaliteit? Zijn er zichtbare ontwikkelingspatronen, kenmerken en signalen waar te nemen die aanknopingspunten bieden voor interventies? Om antwoord te geven op deze vragen is literatuur bestudeerd, zijn professionals binnen het zorg- en veiligheidsdomein geraadpleegd en zijn casussen geanalyseerd. Dit kwalitatieve onderzoek werd vorig jaar door onderzoekers van Analyse en Onderzoek van de politie eenheid Amsterdam in opdracht van het programma Weerbaar Amsterdam uitgevoerd en is nu openbaar
Professionals geven aan dat ‘de doorgroeier’ niet bestaat: ieder heeft zijn eigen verhaal. Natuurlijk zijn er bepaalde kwetsbaarheden die de kans op een crimineel carrière doen toenemen zoals de omgeving waar je opgroeit, de buurt, je familie en je kansen in het leven. Ook de manier waarop een doorgroeier zich ontwikkelt, is voor iedereen anders; sommige laten een klassiek patroon zien waarbij ze al jong beginnen en gaandeweg steeds ernstigere feiten gaan plegen, terwijl anderen schijnbaar uit het niets een ernstig feit plegen.
Opportunische mulitplegers
Toch zijn professionals het er over eens dat doorgroeiers ‘opportunistische mulitplegers’ zijn: Ze doen alles zolang het geld en daarmee status oplevert. Drugshandel levert nu eenmaal veel geld op, maar ze plegen evengoed andere delicten, zoals online oplichting of fraude. Daarnaast moet er een zekere bereidheid tot het plegen van geweld zijn. De jongeren die hogerop willen in een crimineel netwerk moeten een zekere hardheid bezitten. Door geweld te plegen, val je op. Het is een manier om je in de picture te spelen en je loyaliteit te tonen.
Verschillende doorgroeiers
Uit de gesprekken met de professionals komen drie groepen naar voren: de strategische doorgroeiers, de uitvoerende doorgroeier en de stopper. De strategische doorgroeiers, vaak personen met twee gezichten; ze zijn charmant maar ook hard en soms zelfs meedogenloos. De strategische doorgroeiers worden omschreven als manipulatief en sociaal slim; ze weten anderen voor zich aan het werk te zetten. De uitvoerende doorgroeier gaat wel steeds ernstiger delicten plegen, maar heeft het niet in zich om echt door te groeien. Het is geen leider, maar meer een uitvoerder die opkijkt tegen anderen en beïnvloedbaar. De derde groep is de groep die niet doorgroeit of stopt met het plegen van criminaliteit. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn, vaak zijn ze niet bestand tegen de stress en de hardheid van het criminele leven, ze verlangen naar rust. Maar de reden kan ook een ‘significant other’ zijn die ze inspireert om een ander pad te bewandelen: een leraar, een kind of de dood van een vriend.
Over het onderzoek
Uitgevoerd door de Nationale Politie, eenheid Amsterdam.
Lees meer hier.